De titel van het recentste album van Stef Kamil Carlens, Stuck in the Status Quo, heeft iets ironisch. Ik ken maar weinig artiesten die zo’n geringe neiging hebben ergens in te blijven hangen. Als je hem een jaar even niet volgt, loop je een gerede kans weer een band te hebben gemist. Dan denk je dat hij nog in dEUS zit, maar is hij al met Moondog Jr. begonnen. Je weet zeker dat die band nog bestaat, maar inmiddels is het alweer Zita Swoon. En toen dat meer een project dan een vaste band werd: Zita Swoon Group. En dan sla ik nog allerlei (zij)projecten over, net als vermeldingen over film, mode, theater.

Ik heb één keer samen met hem een avond verzorgd, in het theaterprogramma Hotelgasten. Daarin interviewde ik eerst mijn gasten, die daarna optraden. De popartiest neemt voor het interview kunst mee die hem zelf heeft geïnspireerd. Niet iedereen heeft dan meteen een lijst paraat, vooral niet buiten de muziek. Bij Carlens bleek er maar één beperking: tijd. Niet alleen kwamen er meteen talloze platen en boeken bij hem op, ook had hij zelf ontworpen kleding en beeldende kunst bij zich waar hij iets over wilde vertellen.

Hij is een man waarvoor de vaak wat opgeklopte term ‘multidisciplinair’ werkelijk lijkt uitgevonden. Ook in Nederland hebben we multi-talenten, maar ik heb de neiging om dit soepel op en neer springen tussen verschillende kunstdisciplines toch als iets typisch Vlaams te zien. Tom Barman maakt ook films, Tom Lanoye switcht met gemak tussen literatuur en theater, Herman Brusselmans tussen poppodium en bibliotheek. En de mensen met wie Carlens in de loop der jaren samenwerkte – types als Tom Pintens – hebben een ongelooflijk brede muzikale bagage.

Ook al die Vlaamse mensen krijgen in interviews vragen van het kaliber ‘U was toch zanger, waarom dan nu ook een boek?’ Dat denken in keurig afgebakend talent is volgens mij eerder een journalistieke dan een Vlaamse beperking. Stef Kamil Carlens is een kunstenaar, en kunstenaars maken kunst – soms beeldend, soms muzikaal.

Dat eerste album van hem onder zijn eigen naam, is minder experimenteel dan zijn ander recent werk. Het is een warm geproduceerde, weldadig gearrangeerde popplaat, vol nummers die prachtig zijn ingekleurd. En dan vooral met het gitaarwerk, en met het aanstekelijke reggae-deuntje in het titelnummer. De scherpte zit met name in de teksten. Het politieke The Journey Will Be Long is ronduit een protestnummer, en het thema ‘vergankelijkheid’ komt een paar keer langs. Zoals in After I’m Gone, in Empty World en in het slotnummer Going Home, Carlens’ ode aan de inmiddels 70-jarige Jane Birkin en haar overleden ex-geliefde Serge Gainsbourg.

Birkin acteert, zingt en schreef scenario’s. Charlotte, de dochter die ze met Gainsbourg kreeg, werd actrice en zangeres. Zo bezien is dat nummer de ode van een alleskunner aan de alleskunners.

Stef Kamil Carlens speelt op 22 april op het Naked Song Festival (Effenaar Eindhoven), op 7 mei in de Mezz (Breda), op 12 mei in de Muziekgieterij (Maastricht).