Van de kunstenaar Gerhard Richter (Dresden, 1932) wordt altijd gezegd dat hij, net als zijn generatiegenoot Sigmar Polke, op zoek is naar de geobjectiveerde werkelijkheid. Die fascinatie is te billijken. Richter en Polke waren beiden oorlogskinderen die na 1945 werden ondergedompeld in een uitermate subjectieve werkelijkheid. Met hun kunst probeerden ze daarvan los te komen. Tenminste, dat vermoed ik.

De geobjectiveerde werkelijkheid is een lastig begrip als je op de middelbare school hebt geleerd dat kunst, naar de dichter Willem Kloos, “de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie” is. Oké, niet álle kunst, en ook verder klopt er niet zo veel van. Kunst is veel meer, gelukkig – maar het blijft wel hangen, zo’n motto.

Richter zat op de middelbare school in Dresden, dat in februari 1945 werd platgebombardeerd door geallieerde bommenwerpers. In die verdoofde stad kreeg hij op de middelbare school literatuuronderwijs, waarbij vast niet de poëzie van Kloos werd behandeld.

Vanaf zijn start als kunstenaar, begin jaren zestig, speelt fotografie een belangrijke rol in Richters werk. Begrijpelijk, rondom fotografie heeft – nog steeds, zie het jaarlijkse circus rondom World Press Photo – een zweem van objectiviteit. Flauwekul natuurlijk, vandaar dat foto’s bij Richter nooit zomaar foto’s zijn. Ze zijn bewerkt, gemanipuleerd, beschilderd, noem maar op. Flugzeug II lijkt op het eerste oog een beroerd afgedrukte foto met vreemde, fletse kleuren. Als het werk niet in een museum hing, zou je denken dat het een misdruk was.

Flugzeug II maakt deel uit van een reeks, er zijn meer afdrukken, met andere kleuren. Je ziet drie straaljagers, details zijn door de slechte druk weggemoffeld. Welke versie je ook voor je neus krijgt, veel meer laat het beeld niet los. Richters kunst is conceptueel; deze herhaling is een essentieel onderdeel van het werk. Reproductie was in de jaren zestig een teken van de tijd, het lied van het Duitse Wirtschaftswunder werd gezongen op het dreunende ritme van de massa-industrie. De trilling van die industrie is in Flugzeug II voelbaar. Wellicht zit er ook een verwijzing in naar het debat dat in dit tijd werd gevoerd over de herbewapening van de Bondsrepubliek.

Richter is niet de enige die meerdere prints maakt van hetzelfde beeld – denk aan generatiegenoot Andy Warhol. Het waren de jaren van de flower power, het verzet tegen het establishment en – achteraf belangrijker – de onstuitbare opmars van de massacommunicatie.

Het tijdperk van de eindeloze reproductie was nu echt aangebroken. Begrippen als ‘uniek’ en ‘authentiek’ konden voorgoed de prullenbak in. Het is een raadsel dat er nog steeds mensen zijn die deze woorden in de mond nemen. Ze hebben vast op de verkeerde school gezeten. (WS)

Gerhard Richter – The Editions. Van 7 april t/m 30 juli in Folkwang Museum in Essen. folkwang-essen.de