De Eindhovense architectuurstudent Rick Abelen wil de Muur van Mussert bij Lunteren laten verbouwen tot Bedenkingscentrum. “Om het volledige verhaal te kunnen vertellen”, zegt hij tegen WIDO SMEETS, “moet je ook de zwarte bladzijden uit de geschiedenis laten zien.”

Van het bestaan van Anton Mussert had hij amper weet. Van de Muur van Mussert hoorde hij pas toen die op het tv-journaal voorbijkwam. De Eindhovense architectuurstudent Rick Abelen begon zich pas te verdiepen in de NSB-leider toen er een prijsvraag werd uitgeschreven: wie weet een nieuwe bestemming voor de Muur van Mussert?

Om een volledig beeld te krijgen, las hij het boek De muur van Mussert van René van Heijningen, waarin het debat over de bestemming – slopen of opknappen – van het 130 meter lange en tien meter hoge bouwwerk op scherp werd gezet. Vervolgens ging hij op een zomerse dag met zijn vriendin naar Lunteren om te kijken of het bouwwerk er zo beroerd bij lag als werd gezegd.

Dat klopte. De muur staat op een campingterrein en de eigenaar, die er danig mee in zijn maag zit, heeft herhaaldelijk gedreigd dat hij de sloper ging bellen.

Nadat hij met mensen in de omgeving had gesproken, besloot Rick Abelen (Den Bosch, 1995) mee te doen aan de prijsvraag. In zijn ontwerp maakt hij van de muur een Bedenkingscentrum dat hij laat opgaan in een bestaande wandelroute. Bezoekers worden verwelkomd in een cilindervormige ontvangstruimte met daaraan gekoppeld een ondergronds auditorium. Dan lopen ze via een trap naar de als museum ingerichte muur – in wezen een langwerpig, drie meter breed bouwwerk. Eenmaal weer buiten kunnen ze via het bordes weer aansluiten op de wandelroute die eindigt bij een uitkijkpost. Abelen: “Op die manier heb ik geprobeerd de symmetrie van het complex te doorbreken.”

De Muur van Mussert heeft een grillige geschiedenis. In 1936 wilde de Nationaal Socialistische Beweging (NSB) bij Lunteren een complex laten verrijzen dat deed denken aan het Reichsparteitagsgelände in Neurenberg waar Hitler zijn befaamde partijbijeenkomsten hield. Die faam zou het bouwwerk in Lunteren, in de volksmond de Muur van Mussert, nooit verwerven. Het succes van de NSB stokte, het beoogde Nationaal Tehuis dat NSB-leider Anton Mussert voor ogen stond, is er nooit gekomen.

Hoewel geestverwant van Hitler was het aanvankelijk niet Musserts bedoeling dat Nederland zou opgaan in het Derde Rijk. Nadat Hermann Göring hem in 1939 had bezworen dat de nazi’s Nederland nooit zouden bezetten, ging hij de Groot-Nederlandse gedachte uitventen, waarin Nederland, Vlaanderen en hun kolonies één land zouden vormen. “De Hollandse nationalist was dus Groot-Nederlander geworden, geen ideologische bekering maar praktische politiek: zich tegenover Duitsland presenteren als begrenswaardige partner”, schreef Jan Meyers in 1984 in de biografie Mussert: een politiek leven. Het zou een van de vele strategische missers zijn die Mussert, waterbouwkundig ingenieur van beroep, in zijn politieke loopbaan zou maken.

De Groot-Nederlandse gedachte zou jaarlijks worden uitgedragen op de partijdag in Lunteren, waar Mussert zich in zijn ‘hagenspraken’ tot de uit alle hoeken van het land gekomen NSB’ers richtte. Er zijn zes hagenspraken geweest, in 1940 was de laatste. Daarna waren de Duitsers de baas en die vonden het welletjes. Abelen: “Bij in elk geval één van die bijeenkomsten zouden 20.000 mensen zijn geweest. De Duitsers vonden dat het teveel brandstof kostte om naar het afgelegen Lunteren te komen. Daarnaast vonden ze zo’n bijeenkomst, 20.000 mensen in een openluchttheater, een te gemakkelijk doelwit voor een aanval van de geallieerden.”

Zo werd het belang van de muur gaandeweg minder. Toen Anton Mussert na de oorlog wegens collaboratie werd gefusilleerd, trok hij eerst zijn colbertje uit. Zonder kogelgaten, luidde zijn verklaring, zou zijn zwager het nog kunnen gebruiken.

Toen afgelopen februari bekend werd dat Rick Abelen de prijsvraag voor de herinrichting van de Muur van Mussert had gewonnen, mocht hij in het NOS Journaal zijn plannen voor het Bedenkingscentrum ter plekke uit de doeken doen. “Het was al fantastisch dat ik als student over die opgave kan meedenken. Dat ik zou winnen, en dat het vervolgens in de media zo breed zou worden opgepakt, had ik niet gedacht”, blikt hij terug. En over zijn ontwerp: “Ik denk dat de relevantie van de muur meer is dan die fysieke bijeenkomsten. De muur staat vooral symbool voor het nationaalsocialistische gedachtegoed en de collaboratie. Om dat verhaal te blijven vertellen, is het goed om het complex te behouden. Als een soort waarschuwing, als plek voor educatie, om naar het verleden te kijken maar ook om in te spelen op de actualiteit. We zien om ons heen weer veel verdeeldheid tussen bevolkingsgroepen.”

Inmiddels heeft minister Van Engelshoven (Cultuur) de muur voorgedragen als Rijksmonument. De zaak kwam in een stroomversnelling nadat de campingeigenaar had gedreigd de bouwvallige muur te slopen, waarna twintig historici en museumdirecteuren een brandbrief naar de minister stuurde.

Mogelijk is die plotse daadkracht ingegeven door de maatschappelijke onrust over andere onderdelen van ‘s lands onverwerkt verleden, zoals de effecten van het kolonialisme, Nederlands rol in de slavenhandel en de status van de historische zeehelden.

Hoort de Muur van Mussert ook in dat rijtje?

Abelen: “Misschien wel. Het gaat om zaken die in hun historische context moeten worden bekeken. Dat geldt ook voor de Muur van Mussert.”

Fout erfgoed is ook erfgoed?

“Ik deel die opvatting. Om het volledige verhaal te kunnen vertellen moet je ook de zwarte bladzijden uit de geschiedenis laten zien. Zonder iets te impliceren: onder de NSB’ers waren ook ‘gewone’ Nederlanders. Juist daar schuilt het gevaar.”

Welk gevaar?

“Mensen praten liever over dingen waar ze trots op zijn, over overwinningen en positieve dingen. Ik kan me goed voorstellen dat die muur indertijd indrukwekkend overkwam. In zo’n imponerende omgeving zijn mensen geneigd bepaalde verhalen te geloven zonder dat ze zich bewust zijn van de bijdrage die ze eraan leveren. Vaak schuilt het gevaar in die onwetendheid.”

Moet het Bedenkingscentrum permanent open zijn?

“Ja, dat denk ik wel. Op de middelbare school zijn we met de klas naar Kamp Vught geweest, het voormalige concentratiekamp. Daar wordt een ander verhaal verteld dan bij de Muur van Mussert, maar met zo’n bezoek doe je meer kennis en ervaring op dan met het lezen van tien boeken.”