Charbel-joseph H. Boutros werd op 1981 geboren in Bickfaya, Libanon. Hij resideerde eerder in Parijs en Sao Paulo. Nu dus in Maastricht. “Alle kunstenaars van mijn generatie kennen de Van Eyck. De combinatie van studio, bibliotheek, werkplaatsen en programma is buitengewoon. Er zijn interessante workshops en de adviseurs zijn verschrikkelijk competent.”

Boutros noemt het pure luxe dat hij zich een jaar lang in alle rust kan concentreren op zijn werk. Dat de Van Eyck in Maastricht staat, is daarbij van ondergeschikt belang. Dat was wel anders toen hij naar Brazilië vertrok, dat was een bewuste keuze. “Ik woon in Parijs, de Europese kunstscène kende ik wel zo’n beetje. In Sao Paulo verwachtte ik een hele andere sfeer, die beter bij mijn werk zou passen. Dat zit hem in het poëtische. Er is veel poëzie in de Braziliaanse kunst en op de een of andere manier werd mijn werk er bevestigd.”

Zijn werk is conceptueel, maar lijkt vaak ontsproten aan een romantisch idee. Hij vangt de zon, hij vangt de nacht. “Het duister schakelt alles uit, de tijd en het heden. Het verbindt de prehistorie met de toekomst, onze oorsprong met de dood.” De vorm die hij aan het onvangbare geeft, heeft iets obscuurs. Oordeel zelf: voor zijn eerste tentoonstelling in Libanon plaatste hij een werk in een kamer van een verlaten hotel, gooide de ramen open en metselde de deur dicht. Open Exhibition from 09/09/09 to Destruction kalkte hij op de deur. Wie hier bij toeval zou uitkomen, moest door de muur heen breken en de installatie vernietigen.

Zulk werk raakt ook ragfijn aan zijn vaderland, land in bijna permanente staat van oorlog, waar dingen van de ene dag op de andere kunnen verdwijnen. Zoals het licht, en het donker. Ze gaan verloren, maar de kunstenaar laat zich er niet door misleiden. Het idee dat er iets is, dat tegelijkertijd ontoegankelijk is of verdwijnt, is belangrijk in zijn werk.

In Maastricht werkt hij aan diverse projecten die hij ook zal tonen tijdens de Open Studios. Zoals Night Works. Tijdens een maanloze nacht toog Boutros met een marmeren doos een bos in, opende het deksel, ving de nacht en sloot het weer. Eerder ving hij de nacht in Libanon, in Parijs, misschien in Maastricht.

Vanuit een Libanees bos waar hij als kind speelde, nam hij een steen mee in het vliegtuig naar Maastricht. Hij zal hem exposeren tijdens de Open Studios. Als hij straks terugkeert, brengt hij de steen terug naar zijn geboorteland om hem op precies dezelfde plek terug te leggen. Vorm geven aan een permanente afwezigheid, heet dat.